'Mijn schild ende betrouwen', verzetskrant in braille


Informatie over deze verzetskrant en Lida Hoeijenbos, aangeleverd door Verzetsmuseum Amsterdam

Tot voor kort waren er maar twee originele exemplaren van 'Mijn schild ende betrouwen' bekend: een exemplaar van 8 november 1944 dat in het bezit is van verzamelaar André de Rijck en een bevrijdingsnummer van 5 mei 1945 dat in het NIOD ligt. Begin oktober zijn hier twee complete exemplaren en één incompleet exemplaar bijgekomen. Dit zijn allemaal bevrijdingsnummers van 5 mei 1945. Leonore van der Burg vond deze exemplaren op haar zolder. Daar was ze op verzoek van Verzetsmuseum Amsterdam gaan pluizen in de nalatenschap van haar vader Pieter. Pieter en zijn zus Lies van der Burg waren samen met Lida Hoeijenbos de initiatiefnemers van de verzetskrant in braille. Leonore vond ook enkele boekenleggers en vaantjes die in het Militair Hospitaal in Utrecht door gewond geraakte Nederlandse militairen werden gemaakt. Ze werden onder meer verkocht om de verzetskrant in braille te financieren.

Bijzonder


'Mijn schild ende betrouwen' is om drie redenen heel bijzonder. Ten eerste is dit waarschijnlijk de enige verzetskrant in braille tijdens de Tweede Wereldoorlog geweest. Ook in andere Europese landen is er voor zover bekend geen andere verzetskrant in braille geweest. Ook de wervingsbrief is uniek. Andere kranten deden weliswaar ook aan werving, maar een brief als deze, waarin het hoe-en-waarom van de krant zo uitvoerig wordt uiteengezet, is een unicum. Tot slot maakt de wervingsbrief pijnlijk duidelijk hoe men destijds tegen blinden aankeek. Blinden werden vaak niet voor vol aangezien en waren sterk afhankelijk van liefdadigheid. Blindenscholen kregen maar beperkt subsidie van de rijksoverheid en na de lagere school bleef het onderwijs beperkt tot administratieve scholing (typen en stenograferen) en handvaardigheid: stoelen matten, handweven, manden, borstels en matten maken. Veel blinden woonden hun leven lang in een blindentehuis waar ze dit werk te doen kregen. Jongens waren op de blindenscholen overigens veruit in de meerderheid, want onderwijs van blinde meisjes vond men nog minder nodig. Dat blinden niet voor vol werden aangezien, zie je in de wervingsbrief van 'Mijn schild' terug aan de vooroordelen en de bevoogdende toon, hoewel deze tegelijkertijd een emancipatoire insteek heeft. Dat is wel bijzonder voor die tijd. De strekking is dat blinden serieus genomen moeten worden, dat ze daarom op de hoogte moeten worden gehouden en dat ze het nieuws zelfstandig moeten kunnen lezen. Die ambitie komt ook terug in de ondertitel van de krant: Oranjenieuws vóór en dóór blinden. Het streven was zelfs om zó actueel te zijn, dat rollen konden worden omgedraaid: dat blinden het nieuws aan zienden zouden voorlezen. De krant werd hoogstwaarschijnlijk geschreven door de ziende Pieter van der Burg, om vervolgens in braille vermenigvuldigd te worden door de blinde Lida Hoeijenbos.

Lida Hoeijenbos


Voor Lida (1915) heeft het veel betekend om de verzetskrant te kunnen maken. Lida werd blind geboren en ging op haar zesde naar het blindeninstituut Prins Alexander Stichting in Huis ter Heide (lagere school). Daarna zat ze op het Instituut tot Onderwijs van Blinden in Amsterdam en later Bussum. Hier leerde ze piano spelen, zingen, stenotypen Duits, Frans en de typische blinden-handvaardigheden.
Lida had een sterke wilskracht. Toen ze 21 werd, besloot ze weer bij haar ouders in Utrecht te gaan wonen. 'Dat gaf een enorme opschudding in mijn familie', schrijft Lida na de oorlog in haar memoires, want dit was een zeer ongebruikelijke stap. 'Daar [in het blindentehuis] kon je levenslang blijven hangen, maar dat was mij te gortig.'
Lida liet zich niet vermurwen. 'Ik was meerderjarig en dat heb ik goed laten gelden. (…) Ik had er meer dan schoon genoeg van om nog langer gedrild en bedild (…) te worden.'
In Utrecht solliciteert ze tevergeefs naar een kantoorbaan. Het is 1937, de crisis viert hoogtij en dat maakt het voor blinden extra moeilijk om werk te vinden. Zelfs de traditionele blindenberoepen staan onder druk, door gebrek aan orders en de concurrentie van zienden die wat willen bijverdienen.
Drie jaar later, als de Duitsers Nederland binnenvallen, is Lida nog steeds werkloos en afhankelijk van haar familie. Maar als ze in augustus 1940 een oproep in het Utrechtsch Nieuwsblad leest, vindt ze haar roeping. Er is een comité opgericht om de Nederlandse oorlogsgewonden in het Militair Hospitaal in Utrecht te ondersteunen. Het comité vraagt om giften en zoekt vrijwilligers die ontspanningsavonden voor de gewonde jongens willen verzorgen. Lida meldt zich aan en gaat piano voor hen spelen. 'Dat waren gezellige jaren', schrijft ze in haar memoires, 'en dat heb ik tot 1945 gedaan. Ook heb ik in die tijd braille les gegeven aan een oorlogsblinde die in Malden woonde.'
Aan de oproep van het comité wordt veel gehoor gegeven. Voor veel mensen is dit een manier om hun vaderlandslievendheid te tonen, en hun afkeer van de bezetting.

De krant


Een belangrijke drijvende kracht achter het comité is mevrouw Van der Burg. Zo komt het dat Lida haar zoon Pieter van der Burg (1922) ontmoet. Pieter, die medicijnen studeert, werkt dan al voor de verzetskranten Ons Volk en Het Parool. In november 1943 brengt hij samen met Lida de eerste editie van 'Mijn schild ende betrouwen' uit. Sinds mei 1943 kan er geen radio meer worden geluisterd (radio's moesten worden ingeleverd) en sinds 1942 mag een belangrijk eigen nieuwsmedium voor blinden, de Blindenbode van de Nederlandse Blindenbond, al niet meer verschijnen. Dat zijn twee belangrijke aanleidingen om de verzetskrant in braille te willen uitgeven, alhoewel deze zeker niet moet worden gezien als een vervanging hiervoor.

Naast Pieter speelt ook zijn zus Lies (1916) een rol bij 'Mijn schild ende betrouwen'. Zij is de koerierster die 2x per week de tekst van de krant voor Lida dicteert, waarna Lida dit exemplaar kan 'kopiëren'. Elk exemplaar moet ze met behulp van een reglette letter voor letter met de hand prikken. Een monnikenwerk waar ze zich vol overgave aan wijdt. 'Ik werkte er tot laat in de avond en deel van de nacht aan door om ze klaar te hebben want de volgende dag werden ze opgehaald en rondgebracht bij blinden in Utrecht en omstreken die er interesse voor hadden.'

Omdat bijna niemand braille kan lezen, ging men ervanuit dat de verspreiders weinig risico liepen. De krant schijnt zelfs te zijn verstuurd met de (gratis) blindenpost. De paar nummers die bewaard zijn gebleven bestaan uit hooguit 200 woorden. Dat lijkt misschien niet veel, maar het kost al gauw een uur om dit te prikken. Men stopte er dus heel veel tijd en energie in om deze verzetskrant te laten verschijnen. Winkel (De ondergrondse pers) denkt dat de oplage 5 tot 20 stuks is geweest, maar dat lijkt erg veel. Waarschijnlijk is de oplage nooit meer dan 10 geweest. De bedoeling was de krant zo veel mogelijk te laten rouleren, waarmee de lezerskring uit maximaal 30-50 mensen heeft bestaan. Alleen als 'Mijn schild' in een blindeninstituut of werkinrichting is verspreid, kan de lezerskring 50 zijn geweest. Een mogelijke plek waar dit kan zijn gebeurd is de Werkinrichting voor Hulpbehoevende Blinden 'naar Rotterdams voorbeeld'. Die zat op Achter St Pieter 10 in Utrecht. Pieter van der Burg woonde op Achter St Pieter 19 en Lida woonde maar een steenworp verder, op Nieuwegracht 27. De werkinrichting bood in 1942 werk aan 32 blinden. Later in de oorlog zijn het er waarschijnlijk wat minder geweest.

Voor Lida was het maken van de krant een kans om zinvol werk te doen. Tijdens de bezetting was ze gestopt met solliciteren, 'want ik vertikte het beslist om te werken voor de NSB en de moffen'.

Bevrijd


Na de oorlog werd Pieter van der Burg een bekend neuroloog. Hij overleed in 1979. Zijn zus Lies emigreerde naar de verenigde Staten en overleed in 2015. Lida werd als begaafd pianiste vaak gevraagd om op te treden, bijvoorbeeld in de Valkenberg, een vakantieoord van de Kruisvereniging. Zij overleed in 1993.



naar de beginpagina van documenten
naar de beginpagina van de collectie
naar leer- en hulpmiddelen
naar interviews
naar de beginpagina van de website